Een strategische plek
Nog net op tijd voordat de behandeling zal beginnen, kom ik op de afdeling aan. Daar verwacht ik meneer van Boven dus ergens eenzaam en kwetsbaar wachtend in een wachtkamer. "Meneer van Boven?" Diverse heren en dames kijken me vragend aan, maar niemand reageert. Hier informeren, daar iemand die me vraagt wie ik zoek, pc schermen worden afgestruind.
"Weet u zijn geboortedatum?" (nee, niet bij de hand)
"Loopt meneer met een rollator?" (geen idéé! )
“Is het een kalende man?” (Tja, misschien, ik weet het niet)
Hoe absurd wil je de situatie hebben? Een wildvreemde vrouw die op zoek is naar een voor haar wildvreemde man van wie ze alleen een naam, een ziekte en een afspraak weet. En zij moet hem 'begeleiden'... Dan ontdekken we dat meneer 'toevallig' vroeger is opgeroepen en dus al in een behandelkamer verkeert.
Ik neem een strategische plek in tussen alle deuren en wacht totdat meneer ergens uit tevoorschijn komt, maar heb geen idee naar wie ik moet uitkijken.
We hebben elkaar gevonden
Dan zie ik een statige, zelfverzekerde man, met pretogen en een wandelstok, speurend door de gang lopen. Alsof hij mij zoekt, in plaats van ik hem. We hebben elkaar gevonden.
Meneer is zich totaal niet bewust van alle gedoe rondom hemzelf. Werd gewoon wat eerder opgehaald; doet nergens ingewikkeld over en lijkt zich geen moment onthand of onzeker te hebben gevoeld. Op een tikkeltje dwingende manier overhandigt hij mij zijn herziene afsprakenlijstje voor volgende week. Dat ik dat maar even moet overnemen voor volgende week. Ik glimlach om zijn autoriteit. En vervolgens amuseert hij me van het begin tot het eind met zijn levensverhalen, charmes en grappen. “Wat de koe is veur de bolle, is de Diezestraat veur Zwolle", aldus meneer van Boven.